Teveel geld voor prestige projecten

14 Januari 2010

Teveel geld voor prestige projecten

Groen! gemeenteraadslid Lut De Jaeger is niet tevreden met de voorgelegde Eeklose begroting voor 2010. Zij uitte haar ongenoegen daarover op de gemeenteraad van december 2009. "Bij het begin van de legislatuur had dit nieuwe stadsbestuur het vooral over het herbakken van Eeklo. Ik stel vast dat men is blijven steken bij het deeg kneden." Volgens Lut is er nog maar weinig in huis gekomen van de ambitieuze plannen van de bestuursmeerderheid. Dit bestuur koos als motto 'Eeklo een stad om te herbakken'. Halfweg de bestuursperiode is het interessant om eens na te gaan in hoeverre Eeklo al herbakken is. We moeten helaas vaststellen dat in 3 jaar tijd vooral deeg is gekneed: studieopdrachten allerhande voor de stationsomgeving, renovatie van het stadshuis, een nieuw zwembad, de ringaanleg, een nieuw politiehuis, de broodnodige weginfrastructuur voor het nieuwe ziekenhuis en de herinrichting van de doortocht. En met een blik op de meerjarenplanning rijst het vermoeden dat het nog jarenlang bij 'deegkneden' zal blijven.

Het geld gaat echter wel overvloedig en gemakkelijk naar prestigeprojecten: de Accentabeurs, het Festival der Lage Landen, het Herbakkersfestival, het Bakfietsfestival, de organisatie van de Ronde van Belgie, de Theo's en zoveel meer. En dan was er ook het vele geld voor de openbare toiletten, voor de nieuwe huisstijl en voor gemeenteTV op AVS.

Om nog te zwijgen van de vele recepties voor verenigingen en de inhuldigingen van sport- en andere vedetten. Echt sober is men daar de vorige jaren niet in geweest. En de begroting voor 2010 vertoont maar weinig verandering. Andere noodzakelijke dingen blijven ondermaats want er is daar blijkbaar geen geld voor. Zo wordt slechts met mondjesmaat iets gedaan aan het broodnodige herstel van voetpaden, nochtans nadrukkelijk beloofd door deze beleidsploeg. Ook bijkomende fietspaden naar Balgerhoeke en Lembeke blijven in dezelfde kneedmachine zitten.

 

Uit Taptoe 6 januari 2010 geschreven door Ives Boone