Kernenergie spil of verspilling van de groene economie?

05 Oktober 2009

Kernenergie spil of verspilling van de groene economie?

Het klimaat is hot! Doemscenario's over het groeiend gevaar van stijgend waterpijl voor (onze) dichtbevolkte delta's hebben het energievraagstuk centraal in de sensu

strictu benadering van een groene economie geplaatst. Nu zelfs de harde klimaatcritici stilaan overtuigd raken van het nefaste effect van fossiele brandstoffen op de globale leefbaarheid, en economen erkennen dat ecologie en economie hand in hand gaan, rijst een volgend probleem: Wat is groene energie? Zelden streden twee onverzoenbare kampen met dezelfde argumenten zo eenduidig voor de gunst van het volk. Kernenergie, door voorstanders bejubeld, door tegenstanders verguisd omwille van hetzelfde argument: 'het milieu'. Zorgt kernenergie echt voor de groene stroom van Kyoto of laat het ons enkel met een groene gloed achter?

 

 

DEEL 5: Kernenergie spil of verspilling van de groene economie?

Kunnen we met kernenergie echt naar Kyoto of
Kopenhagen? Kernenergie is immers
enkel relevant voor de elektriciteitsproductie. Aangezien in België nu al geen
olie wordt gebruikt om elektriciteit te produceren, is deze sector slechts
verantwoordelijk voor 20% van onze broeikasgasuitstoot. Behalve indien we ons
volledig wagen- en vrachtwagenpark zouden vervangen door elektrische varianten,
vormt kernenergie dus geen alternatief voor de overige 80% van de
broeikasgasemissies. Zelfs los hiervan is de productie van kernenergie op zich
helemaal niet CO2-neutraal is. Tijdens het kernsplijtingsproces komt
weliswaar geen CO2 vrij, maar wel in vrijwel alle andere stappen van
de nucleaire keten, en dan voornamelijk bij het ontginnen en verrijken van
uranium. De Universiteit Groningen berekende dat doorheen de hele nucleaire
keten kerncentrales tussen de 34 en 140 gram C02 per kilowattuur uitstoten.
Dit is weliswaar slechts één derde van de CO2-uitstoot bij een
klassieke Stoom- en Gas centrale (STEG) (400 gram per kilowattuur), maar het is
nog steeds veel hoger dan de uitstoot van centrales op basis van warmtekrachtkoppeling
(WKK), die ook de laagwaardige 'afvalwarmte' (tussen 80 en 500 °C) gebruiken
voor de rechtstreekse warmtevoorziening van openbare gebouwen of nabijgelegen
industrie (Leeuwen and Smith, 2004)

Naast het feit dat kernenergie niet
CO2-neutraal is, is het evenmin duurzaam. De uraniumvoorraden zijn immers eindig en
worden geschat op 3.537.000 ton; (som van de goed toegankelijke voorraden plus
de geschatte extra voorraden die winbaar zijn voor minder dan $ 80/kg.). Algemeen wordt aangenomen dat er naar rato
van het huidige verbruik nog voor circa zestig jaar uranium voorradig is.
Indien de optimistische expansieplannen in China en India effectief doorgaan,
dan zal de uitputtingsdatum vervroegen. Vanaf 2030-2050 zouden er zich volgens
de World Energy Council ernstige toeleveringsproblemen voor uranium voordoen en
zal betaalbaar uranium vrij zeldzaam worden. Met het oog op een betaalbare
stroombevoorrading is het dus geen ogenblik te vroeg als we tegen 2025 onze
kerncentrales sluiten.

BESLUIT:

Nu de grootste
schok van de financieel-economische crisis is afgenomen, klinken economen weer
wat positiever. "Crisissen bieden kansen." Ondanks de waterproblematiek,
woestijnuitbreiding, de groeiende afvalberg en het grondstoffentekort zorgt
vooral onze energiehonger voor een C02-kater. En nee! Het is zeker geen
en/en-verhaal want de sector van hernieuwbare energie heeft bijvoorbeeld
een gedecentraliseerd distributienetwerk nodig en deze van kernenergie een
gecentraliseerd. Een beleid
uitstippelen is keuzes maken en dus een of/of-verhaal. De keuze om zowel
structureel als researchmatig gigantische subsidies toe te kennen aan
kernenergie is de oorzaak van die duurzame achterstand maar moet daar niet
noodzakelijk het gevolg van zijn. Steeds meer oppert zich de weg van een groene economie, maar het zou al
te kort door de bocht zijn om de volledige milieuproblematiek te herleiden tot
de emissiekwestie en klimaatsverandering.

Het klinkt
misschien oubollig, maar nu de economische crisis ons confronteert met de
fysieke grenzen van de wereld moeten we nadenken over het sluiten van productencycli
en over 'consuminderen', ook van energie. Investeren in kernenergie staat haaks
op deze ruimtelijke vaststelling omdat het de foute indruk wekt dat energie
onuitputtelijk voorradig is en massaal mag en moet geconsumeerd worden. Echte
duurzame energiesystemen zijn gebaseerd op efficiëntie, verstandig verbruik en
decentrale, kleinschalige opwekking. Indien echte duurzame bronnen zoals wind-,
water- en zonne-energie dezelfde ontwikkelingskansen krijgen als kernenergie,
kunnen we voldoen aan de huidige vraag en gestaag groeien zonder de
schuldenaars te worden van toekomstige generaties. Kiezen voor kernenergie is met andere
woorden gaan voor gemakkelijke punten op periodieke groene rapporten zonder de
les ecologie te snappen. Het is proberen wedijveren in een uitputtingsslag van
een risicomaatschappij die de winsten privatiseert en de risico's en kosten
collectiviseert.